0
Contact
voor kind
en volwassene
Mijn wieg is in Schipluiden. Dit is een dorp.
Ooit was er een tijd dat dat benauwde.
Nu niet meer. En vandaag is top.
Het is zaterdagochtend half 8. Buiten is het -1, het water 5 graden.
Met mijn buuf neem ik een duik. Ik ken haar sinds mijn 30e.
Zij kwam links naast mij wonen. Toen ze kinderen kreeg, wilde ze groter.
Ze vertrok naar een huis met land en hangbuikzwijn.
Bij het afscheid zei ik: “Jij komt terug!” En dat deed ze.
Ze woont nu rechts.
‘Zin in een wandeling en koffie?' S. appt mij. Haar ken ik sinds mijn 34e.
Zij was mijn collega op de school waar ik was. Zij heeft ook een praktijk.
Wij delen. Over onze beider systemen en over het leven.
Terwijl ik wandel krijg ik bericht van Y. Haar ken ik sinds mijn 4e.
In oktober begroeven wij R. We waren een drietal.
‘Kom we gaan naar het graf!’ De zon is er.
‘Kan het in de middag?’ app ik terug.
Y. woont toevallig naast S.
Wij lopen naar het graf. Er staat een bankje.
De zon schijnt. Het voelt een beetje lente.
Ik heb een kleed. Het is fijn.
Herinneringen ophalen, kijken naar de plantjes.
Een veldmuisje graaft een holletje.
Op de fiets komt J., met hark. Hij is de man van R.
Gisteren is hij opa geworden. Verdriet en geluk verstrengeld.
Het graf wordt verzorgd.
Het is 17.00 uur. En J. komt borrelen. Hem ken ik sinds puber zijn.
Hij woonde bij mij in de straat. Hij werd verliefd op R.
Die woonde een straat achter mij. We delen veel herinneringen;
onze jeugd uit de straat, aan haar, aan alles.
Mijn lief en hij zitten in en bestuur van een vereniging.
Mijn dochter M. zat in de klas bij hun dochter.
Iedereen kent elkaar.
Dan belt E. hem om te feliciteren met opa zijn.
Hij is zijn zakenpartner.
Hij is ook mijn ex. Zij kennen elkaar door mij.
Ik kan nog steeds goed met E.
En het is af.
Het voelt warm en saamhorig.
Samen in rouw, samen in geluk.
Ons dorp. Kneuterig.
Vandaag is top.